2 Koningen 13:19

SVToen werd de man Gods zeer toornig op hem, en zeide: Gij zoudt vijf- of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de Syriers tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij de Syriers driemaal slaan.
WLCוַיִּקְצֹ֨ף עָלָ֜יו אִ֣ישׁ הָאֱלֹהִ֗ים וַיֹּ֙אמֶר֙ לְהַכֹּ֨ות חָמֵ֤שׁ אֹו־שֵׁשׁ֙ פְּעָמִ֔ים אָ֛ז הִכִּ֥יתָ אֶת־אֲרָ֖ם עַד־כַּלֵּ֑ה וְעַתָּ֕ה שָׁלֹ֥שׁ פְּעָמִ֖ים תַּכֶּ֥ה אֶת־אֲרָֽם׃ ס
Trans.wayyiqəṣōf ‘ālāyw ’îš hā’ĕlōhîm wayyō’mer ləhakwōṯ ḥāmēš ’wō-šēš pə‘āmîm ’āz hikîṯā ’eṯ-’ărām ‘aḏ-kallēh wə‘atâ šālōš pə‘āmîm takeh ’eṯ-’ărām:

Aantekeningen

Toen werd de man Gods zeer toornig op hem, en zeide: Gij zoudt vijf- of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de Syriërs tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij de Syriërs driemaal slaan.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּקְצֹ֨ף

zeer toornig

עָלָ֜יו

op

אִ֣ישׁ

Toen werd de man

הָ

-

אֱלֹהִ֗ים

Gods

וַ

-

יֹּ֙אמֶר֙

hem, en zeide

לְ

-

הַכּ֨וֹת

geslagen hebben

חָמֵ֤שׁ

Gij zoudt vijf

אוֹ־

-

שֵׁשׁ֙

of zesmaal

פְּעָמִ֔ים

-

אָ֛ז

dan

הִכִּ֥יתָ

toe geslagen hebben

אֶת־

-

אֲרָ֖ם

zoudt gij de Syriërs

עַד־

tot

כַּלֵּ֑ה

verdoens

וְ

-

עַתָּ֕ה

doch nu

שָׁלֹ֥שׁ

driemaal

פְּעָמִ֖ים

-

תַּכֶּ֥ה

slaan

אֶת־

-

אֲרָֽם

zult gij de Syriërs


Toen werd de man Gods zeer toornig op hem, en zeide: Gij zoudt vijf- of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de Syriers tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij de Syriers driemaal slaan.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!